Zen in het Waasland

Met de auto rijden is niet mijn lievelingsbezigheid. Toch moet ik soms naar klanten toe met de wagen. Die ritjes zijn uitstekend om het hoofd leeg te maken. Ik stuur mijn vierwieler door de Wase polders. Immense velden die verleidelijk liggen te blinken onder een zonnig ochtendgloren. Mistflarden over loodzware bruine akkers, aan de einder kaarsrechte bomenrijen met nog een restje van de uitbundige zomer. Het is zen op zijn westers. Doolt daar geen boeddhistische bedelmonnik langs dat landpad?In zijn oranje-bruine gewaad en met kaalgeschoren hoofd op zoek naar het nirwana?

Maar ook langs een met frituurhuisjes bezaaide typisch Vlaamse steenweg rafelen mijn gedachten uiteen tot er geen greintje bewustzijn meer aan te rapen valt. Frituur Smoske is het enige dat nog doordringt, het lijkt of elke dorpskern die ik doorrijd zijn ‘Smoske’ heeft.

Eenmaal achter mijn bureau loopt mijn hoofd terug vol. Ik kreeg de opdracht om de toeristische regiogids Scheldeland te herschrijven. Dat roept jeugdherinneringen op. Ik ben geboren in het Scheldedorp Branst, dat legendarisch bekend werd met het café Zates (Koningsrek), waar ik mijn eerste pint dronk, door cafébazin Leonie zelf getapt. De tv-reeks ‘Stille Waters’ haalde het hek helemaal van de dam en Branst werd wereldberoemd.  Ach ik overdrijf, maar toch … De rivieroever, zompig en begroeid met riet en wilg, die geur in je neusgaten raak je nooit meer kwijt.